Wandelaars en fietsers, maar ook knaagdieren, krijgen hun eigen, veilige oversteekplaats in het hartje van het Zoniënwoud.

Een nieuwe onderdoorgang vlakbij de Terhulpensesteenweg biedt de zachte weggebruiker een veilige verbinding tussen Ukkel en Watermaal-Bosvoorde dwars door het Zoniënwoud. Op 4 mei 2021 hebben Infrabel, zijn dochteronderneming TUC RAIL en Leefmilieu Brussel deze doorgang onder de sporen van de lijn “Brussel-Ottignies-Namen” officieel opengesteld voor het publiek. Dit is het zesde en laatste kunstwerk dat tijdens de GEN-werken in het hartje van dit beschermde natuurgebied is aangelegd. Dankzij deze onderdoorgang hebben voetgangers en fietsers, maar ook knaagdieren, voortaan hun eigen, veilige oversteekplaats.

Een “oost-west”-as voor meer multimodaliteit   

De tunnel is 5m breed, 4m hoog en 25m lang. Doordat de constructie van bijna 500 ton onmogelijk te vervoeren was, moesten de teams van TUC RAIL, de dochteronderneming van Infrabel die heel wat expertise heeft opgebouwd in het beheer van grootschalige bouwprojecten, deze ter plaatse in elkaar zetten. Vorig jaar hebben ze de betonnen doorgang onder de sporen van de lijn 161 “Brussel-Ottignies-Namen” doorgeschoven, waarvoor het treinverkeer uitzonderlijk onderbroken moest worden. De doorgang, die sinds kort aan beide kanten volledig toegankelijk is, werd op dinsdag 4 mei officieel in gebruik genomen in het bijzijn van federaal minister van Mobiliteit Georges Gilkinet, de Brusselse minister van Leefmilieu Alain Maron, burgemeester van Watermaal-Bosvoorde Olivier Deleuze en CEO van Infrabel Benoît Gilson.

Het kunstwerk, goed voor een investering van 1 miljoen euro, is speciaal bedoeld voor de zachte weggebruikers: wandelaars en fietsers die een uitstapje willen maken in het Zoniënwoud. Maar het vormt ook een ontbrekende schakel in de mobiliteit binnen Brussel. Wie naar Ukkel of Watermaal-Bosvoorde (en het station) moet, kan dankzij de onderdoorgang – die op de plaats ligt van de vroegere overweg – via een uniek parcours de sporen opnieuw veilig oversteken. Een aantal jaren was in de buurt enkel de brug van de Van Kermlaan toegankelijk, maar dat betekende een omweg van bijna 1 km, wat leidde tot spijtige en gevaarlijke situaties waarbij mensen de sporen overliepen of zich in beschermd natuurgebied begaven (erkend als UNESCO-werelderfgoed/Natura 2000).

6 oversteekplaatsen tussen de Brusselse Ring en de stad

Deze nieuwe oversteekplaats sluit aan bij de 5 bestaande oversteekplaatsen die tijdens de GEN-werken zijn (her)aangelegd. Ze zijn allemaal gelegen tussen de Ring en de stad en bedoeld om op een veilige manier de dubbel zo brede spoorbedding, die sinds de GEN-werken 4 in plaats van 2 sporen telt, te kunnen oversteken. Sommige zijn speciaal aangelegd voor wandelaars/fietsers. Zij kunnen gebruikmaken van de oversteekplaats aan de Twee Bergenlaan (heraangelegde doorgang), de Van Kermlaan (met een gloednieuwe brug) en de Bundersdreef (heraangelegde tunnel).

Maar er werd ook gedacht aan de fauna in de buurt. Tussen de Ring en waar de eerste woningen staan, werd halfweg een 50m breed ecoduct speciaal voor groot wild aangelegd. En tot slot kwam er ter hoogte van de “International School of Brussels” en de Vuilbeekvallei een oversteekplaats voor dassen, vossen en andere kleine knaagdieren, evenals een waterbouwkundig kunstwerk dat aanvankelijk diende voor de natuurlijke afvloeiing van het water naar het stroomgebied van de Woluwe, maar nu ook wordt gebruikt door de fauna in de buurt. Om de aanwezige fauna te beschermen, hebben Infrabel en TUC Rail ook nog 4 schuilplaatsen aangelegd die onderdak bieden aan vleermuizen.  Deze zijn inmiddels “instapklaar” en krijgen regelmatig bezoek over de vloer.

Een nieuwe verbinding voor het Zoniënwoud en zijn bewoners

Het nieuwe kunstwerk vormt dus niet enkel een veilige oversteekplaats, maar is ook van cruciaal belang om het Zoniënwoud en zijn biodiversiteit te beschermen.  De onderdoorgang is speciaal aangelegd voor fietsers en wandelaars zodat ze de sporen niet oversteken via het ecoduct dat uitsluitend bedoeld is voor overstekende dieren. Deze delen van het Zoniënwoud – waaronder het bosreservaat Grippensdelle, geklasseerd als UNESCO-werelderfgoed – zijn immers kwetsbare natuurgebieden. De herhaaldelijke passage van voetgangers en fietsers laat echter zijn sporen na. De rust die de dieren in het woud nodig hebben, kan hierdoor verstoord geraken en het voortbestaan van sommige diersoorten bedreigen. In de tunnel is trouwens ook een smalle doorgang voor kleine dieren voorzien. Zo kunnen ze zich gemakkelijker verplaatsen naar andere delen van het woud waardoor het risico op inteelt verkleint en bepaalde diersoorten niet verdwijnen.

Bedoeling is dus voetgangers en fietsers te laten genieten van het Zoniënwoud zonder daarbij de rust van de bewoners te verstoren. De onderdoorgang vormt een ecologische en recreatieve verbinding met dit waardevolle natuurgebied. Bovendien zullen ook de teams van Leefmilieu Brussel er gebruik van maken wanneer ze zich met hun dienstvoertuigen door het natuurgebied moeten verplaatsen. Dit is voor het bosbeheer ook van groot belang.

Georges Gilkinet, Vicepremier en minister van Mobiliteit:

“Wandelen of fietsen in het Zoniënwoud is altijd ontspannend. In dit bos, de groene long van Brussel, passeren niet alleen wandelaars en fietsers, maar ook treinen, auto’s en zelfs paarden. De nieuwe onderdoorgang geeft voetgangers en fietsers nu een rechtstreekse, veiligere toegang tussen Ukkel en Watermaal-Bosvoorde. Ik ben blij met de inspanningen van Infrabel: de veiligheid voor treinen, voetgangers en fietsers gaat hier hand in hand met het plezier van een beschermd natuurgebied.”  

Alain Maron, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie en Leefmilieu:

“Ik ben zeer blij met deze nieuwe onderdoorgang. Voetgangers, fietsers en maar ook dieren hebben nu een veilige spooroversteekplaats in dit beschermde natuurgebied van het Zoniënwoud. Het opzet van dit project is om via een nieuwe, recreatieve en ecologische verbinding met het Zoniënwoud de zachte mobiliteit te bevorderen én de biodiversiteit te beschermen.”

Benoît Gilson, CEO van Infrabel:

“Infrabel speelt een essentiële rol in de zachte mobiliteit. Maar met de aanleg van deze nieuwe onderdoorgang tonen we dat we ook vervoerswijzen die complementair zijn aan het spoor, aanmoedigen. Ik ben zeer blij dat ons bedrijf zijn schouders mee zet onder een project waarbij mobiliteit, veiligheid en de bescherming van diersoorten hand in hand gaan.”

Olivier Deleuze, burgemeester van Watermaal-Bosvoorde:

“Reizen met de trein, fietsen of wandelen is de meest ontspannende en milieuvriendelijke manier om ons te verplaatsen. Ook onze gezondheid vaart er wel bij, en we zorgen voor minder verkeersdruk binnen en tussen de gemeentes. Het doet me plezier dat deze vervoerswijzen een duwtje in de rug krijgen.” 

Voor meer informatie:

Aanmelden op onze nieuwsbrief

Vul uw gegevens in om in te schrijven op onze nieuwsbrief.

Deze website maakt gebruik van cookies volgens ons privacy beleid